Voortdurende schending non-concurrentiebeding; boete; matiging boete.
Klik HIER om de volledige uitspraak te lezen.
Agentuurovereenkomst tussen deurwaarderskantoor en acquisiteur. Terugbetaling betaalde voorschotten na opzegging overeenkomst en uitblijven van provisieaanspraken. Leemte in overeenkomst, met inachtneming van alle omstandigheden van het geval ingevuld: agent heeft ondanks ontbrekende provisie-inkomsten aanspraak op vergoeding ter hoogte van het minimumloon. Voorschotten behoeven slechts gedeeltelijk te worden terugbetaald.
Klik HIER om de volledige uitspraak te lezen.
Overeenkomst inzake handelsagentuur. Leemte in het contract in verband met een ingrijpende verandering van omstandigheden (overname). Uitleg van het contract. Aanvullende werking van de redelijkheid en billijkheid.
Klik HIER om de volledige uitspraak te lezen.
Agentuurovereenkomst: opzegging door principaal. Berekening van provisie en klantenvergoeding.
Klik HIER om de volledige uitspraak te lezen.
Bij besluit van 26 september 2012 heeft de minister appellant een boete van € 16.000,00 opgelegd wegens overtreding van artikel 2, eerste lid, van de Wet arbeid vreemdelingen (hierna: de Wav).
Klik HIER om de volledige uitspraak te lezen.
Ontvankelijkheid, is de 'prestation compensatoire' aftrekbaar conform artikel 16, lid 1a van de Landsverordening op de inkomstenbelasting 1943.
Klik HIER om de volledige uitspraak te lezen.
Berekening klantenvergoeding bij einde agentuurovereenkomst (artikel 7:442 BW). Vervolg op HR 2/11/2012 ECLI:NL:HR:2012:BW9865.
Klik HIER om de volledige uitspraak te lezen.
Arbeid, agentuurovereenkomst.
Klik HIER om de volledige uitspraak te lezen.
Tussen appellante en geïntimeerde bestond een overeenkomst op grond waarvan appellante voor geïntimeerde in Noord-Nederland bemiddeling verleende bij de totstandkoming van overeenkomsten tussen klanten en een onderneming in kleding en sieraden. Nadat geïntimeerde de overeenkomst tussen partijen heeft opgezegd, vordert appellante van geïntimeerde betaling van een klantenvergoeding op grond van artikel 7:442 BW. Hoewel de overeenkomst tussen partijen niet aan te merken is als een agentuurovereenkomst in de zin van artikel 7:428 lid 1 BW, kan worden geconcludeerd dat wel sprake was van een overeenkomst van opdracht die wezenlijke elementen bevat van een agentuurovereenkomst. Aanvulling rechtsgronden op grond van artikel 25 Rv. Redelijkheid en billijkheid brengen mee dat op grond van de overeenkomst tussen partijen aan appellante een vergoeding toekomt.
Klik HIER om de volledige uitspraak te lezen.
Bestuurdersaansprakelijkheid. Beroep op verjaring, art. 3:310 lid 1 BW. Tijdstip waarop verjaringstermijn is gaan lopen; maatstaf. Bekendheid met gedragingen bestuurder die later oorzaak van de schade blijken te zijn. Stuiting van de verjaring door eis in rechte, art. 3:316 lid 2 BW. Invloed royement; vertrouwen dat procedure niet hervat wordt.
Klik HIER om de volledige uitspraak te lezen.